Skip to main content

In 2025 verandert er best veel voor zakelijke bestuurders die een elektrische auto willen aanschaffen. Zeker in vergelijking met 2024 verandert er het een en ander. Wij nemen je hierin mee zodat je niet voor verrassingen komt te staan zodra je op zoek bent naar een zakelijke elektrische auto.

Subsidie voor laadpunten

Beginnend bij het begin en wat het dichtst bij ons ligt: zakelijke laadpalen. Er bestaan in 2025 nog steeds regelingen om plaatsing van laadpunten te steunen. Het gaat dan wel om laadpalen voor elektrische bussen, elektrische touringcars en elektrische vrachtwagens. Simpel gezegd gaat het om laadinfra die hoort bij het opladen van vervoermiddelen waar een groot rijbewijs voor nodig is. 

Het gaat om Milieu-investeringsaftrek (MIA) en VAMIL (willekeurige afschrijving milieu-investeringen). Om van deze belastingvoordelen te profiteren, is het nodig om een slimme laadpaal te laten plaatsen die een vermogen van 22 kW of meer levert. Dat kan bijvoorbeeld een snellader zijn. Maar ook een reguliere 22 kW laadpaal.

Aanleg of voorbereiding ervan vanaf 2025

In het verlengde hiervan, komen er ook strengere regels voor bedrijven en het aantal laadpunten. Vanaf 2025 moet in meer gevallen rekening worden gehouden met de aanleg van laadpunten. Per 10 parkeervakken bij een nieuw opgetrokken gebouw zonder woonfunctie, hoort minimaal één laadpunt te worden geplaatst. Ook moet voor een leidingdoorvoer worden gezorgd voor iedere vijf parkeervakken. Zodat de laadgelegenheid later eenvoudig kan worden uitgebreid. Voor bestaande gebouwen zonder woonfunctie, geldt een minimum van één laadpaal per 20 parkeerplekken. 

Uitgangspunt is een slimme laadpaal, te gebruiken door iedereen die een eigen laadpas heeft. Voor parkeergarages geldt dat alle laadpunten op één locatie onmiddellijk uitschakelbaar zijn met een noodknop en dat in de garage duidelijk is gemarkeerd waar de laders zijn te vinden. 

 

Milieudoelstellingen van de organisatie in 2025

Grote organisaties houden hun uitstoot bij. Niet alleen om zelfopgelegde doelen te halen, maar in eerste instantie omdat het vanaf 100 werknemers of meer wettelijk verplicht is. Hieronder valt nadrukkelijk ook de uitstoot van het woon-werkverkeer. Het ligt hoe dan ook voor de hand om een voorkeursbeleid voor elektrische auto’s te voeren. En dat hoeft zeker niet beperkt te blijven tot het eigen wagenpark, privéauto’s die medewerkers gebruiken om op de zaak te komen vallen hier net zo goed onder. Vanuit die gedachte is het gunstig om te zorgen voor een goede en betrouwbare laadvoorziening, beschikbaar voor iedereen. Met daarbij uiteraard de mogelijkheid om een bescheiden bedrag te rekenen om de kosten te dekken, maar tegelijk ook de kosten voor het opladen voor de medewerkers aangenaam laag te houden.

 

Meer milieuzones, steeds minder makkelijk te ontwijken

De milieuzone rukt in 2025 op. Bovendien worden de toegangseisen tot de milieuzone steeds een beetje strenger. Waar dieselbusjes minder ruimte krijgen, is toegang tot de milieuzone met een elektrische bestelwagen gegarandeerd. Bedrijven die regelmatig in de (binnen)stad moeten zijn, doen er verstandig aan om vol in te zetten op elektrische bestelwagens

 

Geen SEBA in 2025, wel meer elektrische bestellers

Prijzen van busjes met een verbrandingsmotor en volledig elektrische exemplaren zijn dit jaar naar elkaar toe gegroeid. Dat heeft te maken met de BPM-plicht vanaf 1 januari 2025 voor bussen met een verbrandingsmotor: aanschafbelasting gebaseerd op uitstoot. Als gevolg hiervan is een dieselbus in 2025 zomaar 20 tot 30 procent duurder dan in 2024. 

Goed nieuws voor de ondernemers is dat het aanbod van elektrische bestelwagens toeneemt en de betaalbaarheid verbetert. Waarbij het eigenlijk opvallend weinig verschil maakt dat de subsidie voor elektrische bestelwagens (Subsidie Emissieloze Bedrijfsauto’s afgekort tot SEBA) is weggevallen. Winst is er ook op het vlak van praktische inzetbaarheid. Efficiëntere aandrijflijnen en grotere accupakketten maken het moeiteloos afleggen van grotere afstanden af te leggen op een acculading mogelijk.

Stimulering door gemeenten, vereist voor overheidsklussen

Bij aanbestedingen kan het gebruik van duurzaam materieel als eis zijn opgenomen. Dit om de uitstoot op de werklocatie tot een minimum te beperken. Een elektrische bus is dan ideaal, of eigenlijk onontkoombaar.

Om de verduurzaming op gang te helpen, gelden binnen sommige gemeenten aanschafregelingen voor elektrische bussen. Er moet dan wel met een rittenadministratie kunnen worden aangetoond dat het voertuig vooral binnen de stad rijdt. Bovendien is deze regeling er soms alleen voor het mkb of een non-profitorganisatie. Het is vanzelfsprekend verstandig om te informeren naar de mogelijkheden binnen de gemeente waar je bedrijf is gevestigd.

 

Elektrisch zakelijk rijden in 2025 samengevat

In 2025 wordt de overstap naar elektrisch rijden voor bedrijven niet alleen aantrekkelijker, maar in sommige gevallen zelfs noodzakelijk. Strengere regelgeving rondom laadinfra en milieuzones, de verplichting om uitstoot te rapporteren, en fiscale voordelen zoals de MIA en VAMIL zetten bedrijven aan tot verduurzaming. Hoewel subsidies zoals SEBA verdwijnen, compenseren ontwikkelingen in technologie en een groeiend aanbod van elektrische voertuigen dit verlies ruimschoots.

Bedrijven die inzetten op elektrische voertuigen profiteren van lagere operationele kosten, toegang tot milieuzones, en een positief effect op hun duurzaamheidsdoelen. Met de oplopende BPM voor dieselvoertuigen en steeds betere laadoplossingen is elektrisch rijden niet alleen een stap richting een schonere toekomst, maar ook een slimme zakelijke investering. Door nu in te spelen op de ontwikkelingen en gebruik te maken van lokale en nationale regelingen, zijn bedrijven klaar voor een toekomst waarin duurzaamheid centraal staat.